Een kat niet op te voeden? Toch wel! Alleen moet je wel de juiste benadering toepassen en geduld hebben. 16 tips voor het opvoeden van katten.

 

Tip 1: Aandacht als opvoedkundige methode bij katten

Katten hunkeren naar aandacht. Een moederpoes weet instinctief hoe ze haar kroost ongewenst gedrag afleert: ze negeert de kittens even, ze geeft de kleintjes geen aandacht. Als je kat ongewenst gedrag vertoont, verlaat je de kamer onmiddellijk, zonder een woord te zeggen. Elke kat begrijpt dit gebaar.

 

Tip 2: Beloning

Positieve bekrachtiging is het allerbelangrijkste bij het opvoeden van katten. Ongewenst gedrag mag nooit fysiek of verbaal worden bestraft, omdat dit het vertrouwen van je kat in jou schaadt. Daarentegen beloon je correct gedrag keer op keer direct. Een kattensnack wordt vaak als beloning ingezet, maar beloon ook regelmatig met enkel een aai of door samen te spelen.

 

Tip 3: Maak deze fouten niet

De ergste fout die je kunt maakt tijdens het opvoeden van je kat, is het toepassen van geweld als straf: de kattenvacht vastpakken, zijn neus in een plasje urine drukken, je kat natspuiten met een plantenspuit, luid schelden en bedreigend gedrag.

 

 

Tip 4: Geduld en consequent zijn

Geduld hebben is belangrijk bij de opvoeding van een kat. Soms duurt het lang voordat hij begrijpt wat zijn mens van hem verwacht. Het is dus belangrijk om je huistijger de tijd te geven die hij nodig heeft om te leren. Maar je moet ook consequent zijn, want katten zijn erg slim: als je toegeeft aan hun charmes, winden ze je zo om hun pootje.

 

Tip 5: Harmonie in huis

De basis voor het succesvol opvoeden van een kat is de juiste leeromgeving. Stress, conflicten en/ of het pesten door soortgenoten blokkeren elke kat. Harmonie in huis is daarom bijzonder belangrijk, niet alleen in een huishouden met meerdere katten, maar ook tussen kat en mens. Probeer daarom rust en sereniteit uit te stralen en nooit boos te worden – hoe vervelend de plas op het tapijt of het bekraste behang ook is.

 

Tip 6: Houd rekening met de natuurlijke behoeftes.

Veel gedragsproblemen bij katten ontstaan doordat er bij de opvoeding geen rekening wordt gehouden met hun natuurlijke behoeftes: een ongestoorde voer- en drinkplek, en kattenbakken op de juiste plek. Het jachtinstinct sluimert bovendien ook in elke kat. Als hij zijn drang naar jagen en een prooi te vangen niet kan inzetten, zal het dier zijn opgekropte energie op iets anders uitleven, bijvoorbeeld op de bank.

 

Tip 7: Commando’s – katten zijn geen honden

Katten zijn geen honden. Een scherp “nee!” heeft opvoedingstechnisch bij huistijgers geen zin. De kat leert dan vooral om het ongewenste gedrag alleen te vertonen als de baas afwezig is.

 

 

Tip 8: Voorkom verveling

Naast een goede opvoeding is het voor katten belangrijk binnenshuis voldoende gestimuleerd te worden. Ook als je dier regelmatig naar buiten gaat. Een verveelde kat laat zijn overtollige energie ontsnappen door middel van streken, of hij wordt depressief en lusteloos. Daarom is het belangrijk om je kat fysieke en mentale afleiding te bieden.

 

Tip 9: Reageer niet standaard op iedere miauw

Katten weten exact welke toon ze moeten aanslaan zodat wij hen van dienst kunnen zijn. Ze miauwen nauwelijks naar soortgenoten- en als ze dat wel doen, dan meestal alleen in angstige of bedreigende situaties. Aan de andere kant gebruiken ze een grote verscheidenheid aan tonen tegenover hun mensen: een miauw voor “voer me!”, een miauw voor “geef me aandacht!” en ga zo maar door. Dit is hoe ze hun mensen als het waren opvoeden. Ze zien elke reactie van onze kant – positief of negatief – als bevestiging van hun gedrag. Een vast onderdeel van de opvoeding van je kat moet dan ook zijn dat je niet op iedere miauw reageert.

 

Tip 10: Vorming in de eerste weken

Het karakter van een kat wordt gevormd tussen de tweede en de zevende levensweek: al het positieve waarmee een kitten in deze tijd in contact komt, zal later ook als veilig en prettig worden ervaren. Lees verder over het belang van socialisatie.

 

 

Tip 11: Belangrijke naamkeuze voor het roepen

Katten nemen geluiden waar in een hoog frequentiebereik. Je moet hier dan ook rekening mee houden bij het kiezen van een naam – tenminste, als je je kat bij zijn opvoeding wilt kunnen roepen. Huistijgers reageren bijzonder goed op namen die eindigen met een hoge klinker. De kat beslist echter zelf of hij komt of niet.

 

Tip 12: Bij onzindelijkheid is er iets aan de hand

Katten worden zeer jong en meestal zelfstandig zindelijk, dat is dus geen onderdeel van de opvoeding van je kat. Wel is het belangrijk om hem direct bij de kattenbak te zetten als hij voor het eerst bij jullie binnenstapt. Plotse onzindelijkheid is een gedragsprobleem dat vele redenen kan hebben. Het kan bijvoorbeeld een teken zijn van ziekte of stress.

 

Tip 13: Eén ding tegelijk graag en op het juiste moment

We weten het vast allemaal nog van school: elke dag een paar nieuwe woorden leren door herhaling, en niet allemaal tegelijk. Dat geldt ook bij het opvoeden van katten. Niet te veel nieuwe dingen tegelijk leren en herhalen op vaste momenten. Geen enkel ander dier waardeert routines namelijk zo veel als een kat. Het is verstandig om vaste tijden te reserveren voor clickertraining, met respect voor de rusttijden van je dier. En besef dat de meeste katten het actiefst zijn tijdens de schemering.

Bron: Hart voor Dieren Magazine