Vrede op aarde… ik ben er helemaal voor. Beetje een open deur misschien, maar zo vanzelfsprekend is het niet. Vrede lukt vaak niet zonder slag of stoot. En nu ik een keer ‘oorlog’ van dichtbij heb gezien, stel ik vrede nog veel meer op prijs.

Wat later uit zou groeien tot een guerilla-oorlog begon als een onschuldige actie. Janneke, één van onze vier konijnen, werd schijnzwanger en bouwde vrolijk een nestje van haar uitgetrokken haartjes in het kippenhok. Haar man Jip (net zoals Janneke een Vlaamse reus) vond dat maar raar. Wat moest hij ermee? Hij wist niet eens dat er gezinsuitbreiding op de planning stond! Jip was vergeten dat hij gecastreerd was en dat Janneke maar wat aanrommelde. Maar toch voelde hij opeens de hormonen door zijn lief gieren. Hij moest als man des huizes wat doen. Maar wat?

Klein konijn – grote persoonlijkheid

Het antwoord op die vraag werd al snel duidelijk. Jip besloot namelijk om zijn maatje Winston (een Pooltje) en diens vrouw Buffel (een Franse hangoor) het leven zuur te gaan maken. De vier nijnen leven samen in een groot buitenverblijf, vergezeld door een aantal dotjes van kippen. Als Jip niets kon betekenen voor Janneke, die met de dag een tikkie chagrijniger werd, dan zou hij in ieder geval zorgen dat werkelijk niemand in de buurt van zijn ega en haar imaginaire kroost zou komen.

Dit resulteerde al snel in vechtpartijen waar je u tegen zegt. Want Winston mag dan een klein Pooltje zijn, hij laat zich door absoluut niemand de wet voorschrijven. En al zeker niet door een lange slungel als Jip, die feitelijk nog een nieuwkomer was in het buitenverblijf.
Ik dacht dat het allemaal wel zou meevallen en dat het bij wat plukken haar zou blijven, maar hield angstvallig de ren in de gaten. Je weet maar nooit met konijnen die zulke grote ego’s hebben.
Het viel tegen. Al snel moest Jip naar de dierenarts om aan zijn gescheurde ooglid geholpen te worden en kreeg Winston van een beet van Jip op zijn rug een dik abces, dat elke dag schoongemaakt moest worden. Gelukkig snauwden de vrouwtjes alleen maar wat naar elkaar en vielen er op dat gebied geen gewonden. Maar hoe moest het nu verder?

Kaatje de scheidsrechter

De nodige prikjes, pilletjes en sodabadjes later nam ik contact op met Konijnenopvang Binkies, waar drie van mijn vier konijnen vandaan komen. Konden zij me uit de brand helpen? Ik kreeg het advies om het hele knokkende stel in de opvang, dus op vreemd terrein, bij elkaar te zetten. De ‘stress’ daarvan en het ontdekken van een nieuwe omgeving zou de kemphanen doen vergeten dat ze mot hadden.
En dus reed ik met een wagen vol konijnen naar de opvang. Maar ook daar bleven de twee mannetjes elkaar naar de strot (en de balzak) vliegen. Monique van Binkies kwam daarop met een heel slimme zet: er werd een opvangkonijn genaamd Kaat bij mijn groepje gezet. Kaatje was klein van stuk en ik vreesde dat ze onder de voet gelopen zou worden door die lompe kerels. Maar dat liep heel anders dan ik had verwacht. Kaat stampte een paar keer, haalde rechts en links uit als de mannen weer aan het knokken sloegen en was feitelijk een geweldige scheids in het duel. De mannen hadden niets meer te vertellen en kregen klappen en snauwen om de oren als ze niet naar haar luisterden. Kaat was per direct de baas, alsof het nooit anders was geweest.
Iedereen kon weer opgelucht ademhalen en na een week of twee verhuisde het stel weer naar hun eigen ren naast het huis. Natuurlijk wel vergezeld door Kaatje, want zonder haar zouden er weer brokken kunnen vallen. De oorlog is voorbij en de rust is wedergekeerd. En nu heb ik vijf geweldige konijnen in plaats van vier. Win-win-situatie dus.

Door: Nique Allsopp
Illustratie: Mister Elements