Je hond ontwormen is belangrijk om zijn gezondheid op peil te houden en de lastige parasieten te weren uit zijn systeem. Want hoewel je ze vaak niet ziet, kunnen wormen heel veel gezondheidsproblemen veroorzaken bij je viervoeter, van ongemakken tot regelrechte serieuze aandoeningen. Hoe vaak je jouw hond zou moeten ontwormen, waarmee je dat doet en welke wormsoorten er zijn, lees je hier.
Welke soorten wormen komen voor?
Je viervoeter kan een besmetting oplopen met verschillende soorten wormen. De meest voorkomende wormen in Nederland zijn de spoelworm en de lintworm, maar ook de zweepworm, de haakworm en de Franse hartworm duiken regelmatig op. Of je hond ziek wordt en hoe ziek hij wordt van een wormbesmetting, hangt af van de wormsoort en hoe zwaar de besmetting is.
Er zijn bij dierenwinkels en dierenartsen gelukkig voldoende adequate behandelingen verkrijgbaar om honden met een wormbesmetting te behandelen, al is het zeker zo belangrijk om een wormbesmetting te voorkomen. Voor de gezondheid van zowel mens als dier wordt door dierenartsen dan ook regelmatige preventieve ontworming geadviseerd (zie onderaan).
De tekst gaat verder onder de foto
Wormsoorten, gevolgen en symptomen
Hieronder behandelen we de soorten wormen die voorkomen, wat de gevolgen van een besmetting zijn en hoe je zo’n besmetting mogelijk kunt herkennen:
-
Spoelworm
De bekendste worm bij de hond is de spoelworm (Toxocara canis). Deze wormen zien eruit als dunne spaghettisliertjes. De spoelworm komt overal voor en vrijwel alle honden (en katten) raken er ooit mee besmet. Zo hebben vrijwel alle puppy’s spoelwormen en draagt zo’n vijf procent van alle volwassen honden spoelwormen in zich mee. Op plekken waar meerdere honden leven, zoals bij kennels, is 1 op de 3 viervoeters ermee besmet.
Het is niet zo dat als je geen wormen ziet, je hond niet er niet mee besmet is. Pas als de wormbesmetting bijzonder ernstig is, zul je wormen of wormeitjes bij de ontlasting, in het braaksel en bij de anus zien. Over het algemeen zijn de wormen niet te zien.
Spoelwormen komen niet alleen in de darmen voor, maar ook in de longen en zelfs de lever, en ook mensen kunnen ermee besmet worden. Ze kunnen grote schade aanrichten in een lichaam.
Een hond kan spoelwormeitjes binnenkrijgen door bijvoorbeeld het likken van zijn vacht of pootjes. De eitjes worden vervolgens larven, die vanuit de darmen door de rest van het lichaam reizen om uiteindelijk terug in de darm uit te groeien tot volwassen wormen, die zelf weer eitjes leggen. Via de ontlasting komen de eitjes in de omgeving terecht, waar ze weer een ander dier (of mens) kunnen besmetten. De eitjes kunnen lange tijd buiten hun gastheer overleven.
De symptomen van een spoelwormbesmetting zijn vooral zichtbaar bij jongere honden: hoesten (tot aan longontsteking toe), braken, diarree, een opgezwollen ‘wormenbuik’, groeiproblemen en vermagering. Bij volwassen viervoeters zijn de symptomen vaak minder duidelijk.
Wanneer je je hond een kuur tegen spoelwormen geeft, moet je daarna goed op zijn ontlasting letten. Als je ‘spaghettisliertjes’ in de ontlasting ziet, is je hond besmet en is het van groot belang om de kuur binnen enkele weken te herhalen.
-
Lintworm
Lintwormsegmenten lijken een beetje op rijstkorrels. De wormen zelf zijn lang, plat en dun en bestaan uit segmenten, de ‘rijstkorrels’ dus. Er zijn van de lintworm (Dipylidium caninum) verschillende soorten, maar voor het merendeel geldt dat op ‘sleetje rijden’ (jeuk bij de anus) na er vrijwel geen symptomen zijn bij een besmetting. Deze wormen leven in de darmen van honden (en katten). De eitjes komen in de omgeving terecht en worden opgenomen door tussengastheren, zoals vlooien of muizen. In die tussengastheren ontwikkelt de lintworm zich verder, en als een hond zo’n tussengastheer opeet, komt de lintworm in zijn lijf tevoorschijn. Mede daarom is het erg belangrijk dat je je hond ook voorziet van een goede vlooienbestrijding. Als je hond besmet is met een lintworm, kun je de kleine witte stukjes of segmenten soms in de ontlasting zien.
-
Zweepworm
De zweepworm (Trichuris vulpis) veroorzaakt bloederige en slijmerige diarree bij honden. De eitjes, die helaas heel lang in de omgeving kunnen overleven zonder een gastheer, zijn bijzonder besmettelijk. De zweepworm komt vooral voor op plekken waar het ontbreekt aan een goede hygiëne.
-
Haakworm
Haakwormen (Uncinaria stenocephala, Ancylostoma caninum)veroorzaken ook bloederige diarree en daarnaast bloedarmoede en vermagering bij het dier. Meestal is een vos de bron van besmetting, waardoor er vooral bij jachthonden en windhonden op een mogelijke besmetting gelet moet worden.
-
Franse hartworm
De Franse hartworm (Angiostrongylus vasorum) kan zeer ernstige long- en hartproblemen veroorzaken en komt – in tegenstelling tot wat zijn naam doet vermoeden – niet (meer) alleen in Frankrijk voor, maar ook hier. Volwassen hartwormen worden zo’n drie centimeter lang en leven in het hart, longen en de bloedvaten en veroorzaken een heel scala aan symptomen: van vermoeidheid en hoesten tot bloedarmoede, kortademigheid en zelfs de dood.
De eitjes van de worm komen vanuit het hart terecht in het bloed en vervolgens in de longen. De larven die uit de eitjes komen worden opgehoest en weer doorgeslikt, waardoor ze in de ontlasting terechtkomen. Slakken en kikkers komen op die ontlasting af en de larven van de worm komen in de slak/kikker terecht, waar ze zich verder ontwikkelen. Wanneer een hond een geïnfecteerde slak of kikker opeet, komen de larven weer in de darmen en vervolgens in de bloedvaten en het hart terecht, waar ze vervolgens weer eitjes kunnen gaan leggen. De cyclus is dan compleet.
Voorkom dus dat je hond slakken of kikkers kan opeten of aanvreten en ruim de poep van je hond netjes op zodat slakken en kikkers er niet bij kunnen. Omdat ook een gezond ogende hond besmet kan zijn en larven kan uitscheiden met zijn ontlasting is preventie van groot belang.
Als je hond in het buitenland is geweest of als je woont in de omgeving Lelystad, Den Haag en omstreken of de Noordwestelijke Veluwe, of als er klachten zijn die die verband zouden kunnen houden met een infectie met Franse hartworm, laat dan je dier en zijn ontlasting onderzoeken bij de dierenarts.
-
De normale hartworm
Hartworm (dirofilariose) is een ernstige ziekte die long- en/of hartproblemen veroorzaakt. Hartwormziekte wordt veroorzaakt door de hartworm (Dirofilaria immitis), die via geïnfecteerde muggen als larven in een hond terechtkomen bij een muggenbeet. De gewone steekmug is de meest gevonden hartwormmug, vooral in Zuid- en Oost-Europa.
In het hondenlichaam ontwikkelen de hartwormlarven zich tot volwassen wormen en maken het zich gemakkelijk in de longslagaders en het hart. De volwassen exemplaren produceren weer larven die in de bloedbaan terechtkomen. Wanneer een mug een besmette hond steekt en zo via het bloed de larven opneemt, kan weer een ander dier besmetten.
Het is vaak zo dat een hartworminfectie maanden en zelfs jarenlang onopgemerkt kan blijven omdat symptomen uitblijven. Wanneer de volwassen wormen echter een tijd in longen en hart zitten, kunnen de gevolgen zeer ernstig zijn. De symptomen omvatten dan hoesten, vermoeidheid, kortademigheid, een vergroot hart, vermagering en aantasting van lever en nieren.
Of je hond besmet is met hartworm kan op verschillende manieren worden vastgesteld: onderzoek van de ontlasting, bloedonderzoek of een echografie/röntgenfoto. Omdat de behandeling van een hartwormbesmetting niet zonder gevaar is (trombose-risico), is preventie van groot belang.
Als je op reis gaat naar Zuid- of Oost-Europa, is het verstandig om de dierenarts te raadplegen wat betreft de maatregelen. Hij/zij zal ter voorkoming van muggensteken een of meerdere van de volgende maatregelen aanraden: een tekenband (beschermt ook tegen muggen en zandvliegen), een spot-on product (pipet) en een behandeling met een ontwormingsmiddel tijdens en na de reis om de mogelijk aanwezige larven in het bloed van de hond te doden voordat ze volwassen zijn.
De tekst gaat verder onder de foto
Hoe vaak moet ik mijn hond ontwormen?
Om je volwassen hond optimaal te beschermen tegen wormen, kun je hem het beste minstens vier keer jaar een wormenkuur geven. Dit kan in allerlei vormen gebeuren: met een pil, een pipetje, een pasta etc. Bij sommige honden, vooral die exemplaren die jagen en alles opeten wat ze tegenkomen, kan het nodig zijn om ze maandelijks te ontwormen.
Voor pups is er een aangepast ontwormingsschema: op de leeftijd van 2, 4, 6 en 8 weken ontwormen en daarna elke maand tot hij 6 maanden oud is. Daarna op een leeftijd van negen maanden en weer op 12 maanden.
Niet alle wormenkuren zijn geschikt voor het aanpakken van alle wormsoorten, dus verdiep je goed in de bijsluiter en laat je bij twijfel adviseren door de dierenarts.
De tekst gaat verder onder de foto
Aanvullende tips om wormbesmetting te voorkomen:
* Zorg voor een goede persoonlijke hygiëne (handen wassen).
* Hou de nagels van je kinderen kort.
* Laat honden niet uit op plaatsen waar kinderen spelen en deponeer de ontlasting in de grijze vuilniscontainer (restafval).
* Dek de zandbak af.
* Laat je hond niet jagen of dingen van straat opeten.
* Verschoon regelmatig de mand/het kussen van je hond.
Ook interessant voor jou:
Hond en braken: oorzaken en behandeling
Bronnen: LICG, AniCura, Dierapotheker, KNMvD, ESCCAP Benelux