Minder eetlust, behoefte aan een koele plek en aan een lichte en verfrissende maaltijd… In de zomer willen honden eigenlijk vrijwel hetzelfde als hun baasjes.
De zomerdagen zijn lekker lang en de temperaturen stijgen. Nu het goed weer is, nemen we onze hond vaker en langer mee
voor wandelingen. Een hond kan het in de zomer net zoals de mens warm krijgen en de vacht speelt daarbij een grote rol. Honden met een ondervacht hebben een betere bescherming tegen kou, maar ook tegen hitte. Doordat het warmer is, verbruikt een hond minder energie om op temperatuur te blijven dan in de winter wanneer het koud is. In hoeverre je de voeding aan moet passen op een hete dag, hangt dus af van de soort hond en hoe actief hij is. Houd je hond bij hoge temperaturen altijd goed in de gaten. Let op zijn gewicht en zijn eetgedrag en houd rekening met zijn voorkeuren.
Honden zweten niet
Mensen reageren op hitte door te zweten en zo het lichaam af te koelen. Een hond heeft echter nauwelijks zweetklieren. Op de voetzolen zijn enkele klieren verantwoordelijk voor afkoeling, maar deze klieren spelen een ondergeschikte rol. Honden koelen hun lichaam voornamelijk af door te hijgen. Hijgen zorgt ervoor dat vocht verdampt, waardoor de lichaamstemperatuur daalt. Dit proces kost veel energie en het kan het lichaam van je hond zwaar belasten. Voor rassen met een korte neus is hijgen zichtbaar lastiger en een stuk vermoeiender. Wanneer een ‘kortsnuit’ wil afkoelen, kan hij zo extreem gaan hijgen dat het hem teveel wordt. Daarom moet een hond altijd de mogelijkheid hebben om een koel plekje op te kunnen zoeken in de schaduw. Wanneer een hond zodanig hijgt dat het lichaam overbelast wordt, dan bestaat het risico op het crashen van de bloedsomloop.
Mediterrane kruiden
De mediterrane keuken kenmerkt zich door kruiden die de spijsvertering verbeteren. Kruiden zoals basilicum, rozemarijn, oregano, tijm en salie kun je in de zomer aan je hond geven om zijn spijsvertering zo nodig te bevorderen.
• Basilicum bevordert de spijsvertering en gaat flatulentie tegen. Het zorgt voor een positieve stemming en bij een teefje kan basilicum ook helpen bij schijnzwangerschap, alsmede bij het moederschap.
• Rozemarijn is bijzonder ondersteunend voor de vetvertering en werkt stimulerend.
• Oregano bevordert de spijsvertering en stimuleert de eetlust. Het werkt ook kalmerend.
• Tijm wekt de eetlust op. Geef je hond echter slechts een kleine hoeveelheid, anders kan hij last krijgen van diarree of braken.
• Salie heeft een antibacteriële en kalmerende werking, maar het hoort niet thuis in het eetbakje van een zwanger of zogend teefje. Het remt namelijk de melkproductie af.
Lichtere maaltijden
Je herkent het vast wel: in de zomer heb je de neiging om zelf lichtere maaltijden te eten. Je wil je spijsverteringsstelsel niet te zwaar belasten en het is te warm voor zware kost. Ook voor een hond is dit op een warme dag belangrijk. Konijnenvlees, gevogelte en vis zijn makkelijker te verteren. Dit is dus zeer geschikt als hondenvoeding in de zomer. Op zeer warme dagen kun je je hond ook wat minder vlees geven en meer groenten.
De tekst gaat door onder de afbeelding
Seizoensgroenten en -fruit
De meeste honden krijgen tegenwoordig hondenvoeding en niet meer de restjes van onze maaltijden. Vroeger zorgden die restjes wel voor een optimale mix van wat er in het seizoen beschikbaar was. Een tekort aan bepaalde voedingsstoffen in de winter werd weer gecompenseerd in de zomer, omdat de selectie groente en fruit in de zomer veel groter is. In juni zijn er bijvoorbeeld veel aardbeien, sla, bloemkool, bonen, spitskool, doperwten, venkel, komkommer, koolrabi, rode biet, rapen en soms zelfs spinazie. Dit kun je allemaal aan de hond voeren. In juli wordt het aanbod nog groter met bijvoorbeeld paprika’s, tomaten, postelein en vruchten zoals pruimen, bramen, abrikozen en watermeloen. In augustus en september is het aanbod het grootst. Zelf kun je van alles eten, maar ook het bakje van je hond kun je vullen met verse pompoen, maïs, appels, peren en zelfs roodlof. Je kunt een maaltijd zelf nog rijker aan voedingsstoffen maken door kruiden uit de natuur toe te voegen, zoals brandnetel of paardenbloem.
Kant-en-klaar voer
Krijgt jouw hond compleet kant-en-klaar voer? Je kunt nat- of droogvoer prima aanvullen met een verse mix van groenten en kruiden. Kies maximaal drie soorten groenten en kruiden, mix ze in een blender en geef een kleine hoeveelheid aan je hond. De meeste groenten en fruit kunnen rauw worden gegeten, maar je moet er altijd goed opletten dat het voedsel rijp is. Van koolsoorten mag je maar een kleine hoeveelheid geven aan je hond, anders kan dit zorgen voor een opgeblazen gevoel. Is het de eerste keer dat je groenten, fruit of kruiden aan het eten van je hond toevoegt? Zoek dan eerst goed uit waar je rekening mee moet houden. Als je hond droogvoer krijgt, moet je bijvoorbeeld in de zomer niet iets toevoegen waardoor de hond minder gaat drinken. Als je hond niet voldoende drinkt, kun je het best voeding geven met een hoog vochtgehalte.
Voedertijd en hoeveelheid
In de zomer kan het zijn dat je de hoeveelheid voer van je hond moet aanpassen, maar dit hangt helemaal af van de soort hond en de omstandigheden. Je moet je huisdier goed in de gaten houden; kijk daarbij ook naar gewichtsverlies of -toename. Als je verandering ziet in gewicht dan kun je de hoeveelheid of de samenstelling van het voer aanpassen. Je kunt bijvoorbeeld minder vlees of koolhydraten geven en juist meer groente. Let er ook op dat je hond na het eten voldoende rust neemt om het eten te laten verteren. Voer bij voorkeur je hond na de ochtend- of avondwandeling en zeker niet op het heetst van de dag. Neem een voorbeeld aan het mediterrane leven: een wandeling in de ochtend als het nog fris is, een siësta op een koele plek tijdens de zinderende hitte van de middag en als de temperaturen ‘s avonds wat gedaald zijn, kun je nog een ontspannen wandeling maken met de hond in een schaduwrijk bos. Merk je dat jouw hond minder eetlust heeft gedurende de warme dagen? Geef dan op meerdere tijdstippen kleinere maaltijden.
IJs voor de hond?
De laatste jaren is hondenijs populair geworden onder hondenbaasjes. Een ijsje associeer je als mens altijd met een welkome verkoeling op een warme dag. Voor mensen heerlijk, maar voor honden misschien niet zo geschikt. Even een paar minpuntjes van hondenijs op een rij:
• Honden die aanleg hebben voor een maagtorsie lopen door het eten van ijs een groter risico.
• Veel ijs (of zeer koud water) tegelijk kan bij honden die daar gevoelig voor zijn, voor misselijkheid en diarree zorgen. Dit veroorzaakt dan weer uitdroging.
• IJs direct uit de vriezer kan erg koud zijn en daardoor aan de lippen en tong van je hond vastvriezen. Dus: geef je hond geen ijs, of – als je hem toch op iets koels wilt trakteren -een klein ijsje. Geef nooit ijs dat voor menselijke consumptie bedoeld is, maar specifiek hondenijs.