Spaanse hazenwindhonden; galgo’s. Ik vind ze sprookjesachtig mooi en hun bewegingen zijn zo elegant als die van balletdansers. Maar deze honden hebben over het algemeen een minder sprookjesachtig verleden dan hun uiterlijk doet voorkomen.

Galgo’s worden gebruikt voor de jacht op konijnen en hazen. Daar zit voor de jagers, de galguero’s, een belangrijk wedstrijdelement in. Welke hond kan de haas of het konijn het snelste pakken? De eer van de jager staat daarbij hoog in het vaandel. Er is niets bekend over de hoeveelheden geld die omgaan in dit circuit van jachthonden. Geen van onze vragen hierover konden beantwoord worden tijdens ons bezoek aan Spanje. Om de honden snel te maken, worden ze op de meest gruwelijke wijze getraind. Zo worden ze vaak op heel jonge leeftijd aan een ketting achter de auto gehangen en dan wordt er steeds harder gereden. Na drie jaar zijn veel honden op, niet snel genoeg meer en onbruikbaar geworden. Aan het einde van het jachtseizoen in februari worden zij daarom massaal gedumpt of gedood. Volgens een voorzichtige schatting gaat het om zeker 50.000 honden per jaar. Ik reis daarom naar Spanje af om zelf het verhaal te horen over het lot van deze prachtige honden.

Gedood of gedumpt

Alle honden die niet voldoen, worden gedood of gedumpt Op de eerste dag van onze reis staat de hondenopvang Las Nieves op het programma. We hebben afgesproken bij een restaurant. Een adres krijgen we niet. Later blijkt dat er regelmatig honden uit opvangcentra worden gestolen, en onlangs werd in een opvang iets zuidelijker (omgeving Sevilla in Andalusië) een enorme slachting aangericht onder de honden. Las Nievas ligt afgelegen in een prachtig gebied. Er wonen permanent twee mensen om de honden te beschermen tegen ongenode gasten. Oprichter Mari Carmen heeft contact met jagers. Honden die niet meer voldoen, worden bij haar afgeleverd. Ook tijdens ons bezoek komt een jager zijn hond brengen. De hond is bang. Ik krijg de riem en vraag de man of hij het niet erg vindt om de hond zo achter te laten. Het is een reu, zo legt hij mij uit, en hij heeft verder alleen teefjes. Hij wil niet nog meer honden. Mari Carmen blijft vriendelijk, maar het verhaal van de jager is ongeloofwaardig. Het volgende nestje ligt waarschijnlijk alweer klaar. Alles wat niet voldoet wordt de straat opgegooid, de nek doorgesneden of in een put gegooid. Deze hond heeft nog geluk gehad. Dieren worden behandeld als vuilnis De honden in de opvang hebben allemaal gekleurde dekjes om die gemaakt zijn door vrijwilligers. De sfeer is harmonieus, ondanks het feit dat hier bijna zevenhonderd honden leven, waaronder 350 Galgo’s. De honden zitten niet in hokken maar leven bij elkaar. Sommige honden worden geadopteerd, vaak vanuit het buitenland. Anderen zullen altijd blijven en hun rol is om de nieuwe honden wegwijs maken in de groep.

Het dodingsstation

Op dag twee gaan we met tegenzin naar een ‘dodingsstation’. Veel galgo’s die op straat gedumpt zijn worden, als ze zich laten vangen, naar dit soort eindstations gebracht. Vrijwilligers halen de honden, als ze geluk hebben, zoveel mogelijk weg uit dit soort centra, maar niet alle dieren kunnen gered worden. Er aangekomen ben ik verbaasd. Het ziet er helemaal niet verschrikkelijk uit hier. De honden zitten in ruime, schone kennels. In het midden is een klein speelveldje. Wat blijkt? Dit dodingsstation is tevens hondenhotel en de eigenaar fokt ook honden. De ruime kennels zijn van de ‘hotelgasten’. Even verderop zijn de kennels met onder andere Teckels waarmee gefokt wordt. Als we nog verder doorlopen zie ik een ijzeren deur, en daarachter gebeurt het dus. De honden die hier zitten, zijn van straat gehaald of afgegeven. Als er tussen de tien en eenentwintig dagen niemand komt om ze op te halen worden ze afgemaakt, of zoals de eigenaar het noemt: dan hebben ze ‘grote schoonmaak’. In Spanje zouden zo’n driehonderd honden per dag op deze manier aan hun einde komen. Iemand vertelde mij dat dit soort dodingsstations vaak liggen op een terrein waar je ook oude kleren, glas en ander afval kunt brengen. De dieren worden dus als oud vuil behandeld.

Duizenden viervoeters werden al gered

Een Nederlandse vrouw die als vrijwilliger werkt bij Scooby, een opvang, haalt alle galgo’s hier weg. Scooby is opgericht door Fermín Pérez, die de afgelopen twintig jaar duizenden honden heeft gered. In februari is het door de enorme hoeveelheid galgo’s die gedumpt worden extra druk. Hondentrainer Hoover Lozano, van oorsprong Mexicaans, leidt ons rond. Van hem wil ik weten hoe vaak het voorkomt dat galgo’s worden opgehangen. Mari Carmen vertelde dat galguero’s hun honden soms straffen, als ze zogenaamd ‘vals’ zijn, of wanneer ze in een race niet rechtuit naar de prooi rennen maar heel slim een kortere route nemen. Dan is de eer van de jager geschaad. Zo’n hond straffen ze door ze met een touw aan een boom te hangen op een dusdanige manier dat hij met zijn pootjes net de grond kan raken. Zo duurt de lijdensweg extra lang omdat hij langzaam stikt. Het ophangen van zo’n hond is een soort traditie. Ook Hoover bevestigd dat dit regelmatig gebeurt en dat het dus helaas geen incident is of iets van lang geleden. Sterker nog: hij heeft zelf meegemaakt dat een hond werd opgehangen. Gelukkig heeft hij het dier in kwestie kunnen redden.

Op zoek naar een hond op de vlucht

Op dag drie gaan we met een groepje vrijwilligers op pad. Al maanden is er een gedumpte hond gesignaleerd in een dorp. De hond is gezien op een bedrijventerrein. De eigenaar heeft het hek gesloten en de hond zit op een afgesloten terrein. Ze is enorm angstig, verstopt zich steeds achter allerlei bouwmaterialen en ik zie een touw om haar nek. We proberen haar met eten te lokken, in te sluiten, maar niets helpt. Deze hond laat zich niet vangen. We besluiten de vangkooi op te halen en hier neer te zetten. En dan ineens komt ze weer tevoorschijn. Ze begint te rennen. Er is iets veranderd in haar houding. Ze loopt naar een hondenhok en gaat zitten, tegen de achterwand van het hok geplakt. Ze heeft het opgegeven. Ik kruip bij haar in het hok en probeer haar gerust te stellen. Ik krijg een mes en snijd het touw los dat zo vreselijk strak om haar nek zit. De eigenaar van het terrein zegt dat ze haar daarmee meerdere keren hebben geprobeerd op te hangen. De vrijwilligers denken dat ook. We besluiten met zijn allen dat deze hond, die op Valentijnsdag gered is, Valentina moet heten. We brengen haar naar Scooby en ik beloof haar alles op alles te zetten om een fijn thuis voor haar te vinden.

Praten met een jager

Op dag vier praten we met een galguero, een jager. Abraham stelt voor naar zijn ranch te gaan. Eenmaal bij zijn afgelegen ranch aangekomen, rennen twee vrolijke honden op hem af, een galgo en een Boxer. Hij knuffelt ze en kust ze op hun snuit. Hij vraagt mij: “Denk je nu echt dat honden zo reageren als je niet goed voor ze bent?” We mogen alles zien en filmen. Hij runt een hondenhotel, fokt galgo’s en heeft een enorme hoeveelheid paarden. Volgens Abraham is er helemaal geen probleem met galgo’s in Spanje: “Het zijn de media die ervoor zorgen dat wij in een slecht daglicht komen te staan, gevoed door dierenactivisten.” Galguero’s die slecht zijn voor hun hond zou hij zelf ‘opzoeken’. Ook het ophangen van honden is grote onzin, zegt Abraham: “Weer een mythe die door dierenactivisten en de media in stand wordt gehouden. De laatste keer dat een hond is opgehangen was 17 jaar geleden.” Ik denk aan de foto’s, verhalen van vrijwilligers en ooggetuigen, aan de honden die ik zelf heb gezien, en aan het touw dat ik van de nek van die lieve Valentina heb gesneden. Ik weet genoeg. We zijn klaar hier en gaan terug naar Nederland, om zoveel mogelijk mensen bewust te maken van het vreselijk lot dat deze prachtige honden in Spanje moeten ondergaan.

Door: Karen Soeters/PiepVandaag
Dit artikel verscheen in Hart voor Dieren 4.2016

 

Klik hier voor de Facebookpagina van PiepVandaag