Voeding voor de hond is een uitgebreid onderwerp. Wij vertellen meer over energiebehoefte, voedingsstoffen, nat- en droogvoer, barfen, overgewicht en speciale voeding voor honden van een bepaalde leeftijd of met een aandoening.

 

Voeding voor de hond – wat is goed?

De juiste voeding voor de hond is van zeer groot belang voor de gezondheid van je viervoeter. Met goed voer beïnvloed je immers als baasje het fysieke welzijn en de vitaliteit van je hond. Want natuurlijk wil je dat je viervoeter een gezond leven leidt en zo oud mogelijk wordt. En met een slechte voeding kunnen er lichamelijke gebreken en zelfs ziektes ontstaan. Denk maar aan overgewicht, suikerziekte, gewrichtsaandoeningen, spijsverteringsstoornissen en nierziekten.

Maar wat is voor jouw hond nu de perfecte voeding? Helaas kunnen we deze vraag niet algemeen beantwoorden want net als bij mensen is elke hond verschillend qua afmetingen, gezondheid, leeftijd en energiebehoefte. Je zou dus kunnen zeggen dat de ideale voeding voor jouw hond van al deze factoren afhangt en individueel moet worden uitgezocht. Gelukkig is het aanbod van hondenvoeding enorm en zijn er altijd meerdere geschikte opties, ook voor jouw viervoeter.

De tekst gaat verder onder de foto

Telt mijn voorkeur ook mee?

Natuurlijk telt jouw voorkeur mee bij de voeding van je hond! De manier van bereiden van het voer, de hoeveelheid beschikbare tijd die je hebt en wat je kunt uitgeven aan voer zijn allemaal ook van belang bij de keuze van de hondenvoeding. Belangrijk is wel dat je kiest voor een voer dat je over een langere periode aan je hond kunt geven, want als je regelmatig verandert van voedsel kan je hond last krijgen van diarree, windjes laten en andere spijsverteringsproblemen.

De tekst gaat verder onder de foto

Voer voor een puppy

Puppy’s hebben een andere voedingsbehoefte dan volwassen honden. Als pups na een week of vier drinken bij de moederhond langzaamaan gaan wennen aan vast voedsel, is het belangrijk dat ze speciaal puppyvoer krijgen. Dit is zo geproduceerd dat het tegemoetkomt aan de zeer hoge energiebehoefte van jonge hondjes. Pas als de pup ongeveer zes maanden is, wordt aangeraden om minder energierijk voedsel te geven zodat de hond niet te snel groeit; dit heet meestal juniorvoeding. Voor sommige snelgroeiende rassen is het zelfs beter om dan meteen over te schakelen naar volwassen voeding. Problemen die kunnen ontstaan bij een te snelle groei zijn voornamelijk gewrichtsproblemen, bijvoorbeeld heupdysplasie en elleboogdysplasie. Zo’n aandoening kan voor een hond de rest van zijn leven nadelig beïnvloeden.
Overstappen op voeding voor de volwassen hond gebeurt doorgaans rond de zesde tot achttiende levensmaand, waarbij kleine honden eerder naar volwassen voeding worden overgeschakeld (rond de tiende maand, als ze hun definitieve hoogte bereiken).

De tekst gaat verder onder de foto

Wat heeft mijn hond nodig aan voedingsstoffen?

Bij het eten moet je hond de belangrijkste voedingsstoffen binnenkrijgen. Dit zijn: eiwitten (proteïnen), vitamines, koolhydraten, vetten en sporenelementen.
Eiwitten (proteïnen) zijn essentieel voor een gezonde, vitale hond vanwege de aminozuren die ze bevatten. Vlees is een hoogwaardige eiwitbron en een goede voeding voor je hond bestaat dan ook uit zo’n zeventig procent vlees. Ook vis bevat veel onverzadigde vetzuren, eiwitten en vitamine D.
Vitamines en sporenelementen zitten voornamelijk in groenten en fruit en horen ook in het voedsel van je hond te zitten, liefst voor zo’n 25 procent.

Koolhydraten hebben een slechte reputatie omdat ze kunnen bijdragen aan overgewicht, maar zitten in heel veel hondenvoeding. Ze zijn onder meer te vinden in granen en aardappelen. In een goed droogvoer zitten altijd voldoende koolhydraten en extra toevoegen is dan ook onnodig. Honden die alleen rauw vlees krijgen (barfen, zie verderop) hebben ook koolhydraten nodig, bij voorkeur in de vorm van vlokken.

Vetten moeten beperkt worden om overgewicht te beperken, maar in beperkte hoeveelheden kunnen zij gezond zijn en bijdragen aan een goed immuunsysteem. Vooral onverzadigde vetzuren hebben dan de voorkeur, die vooral te vinden zijn in vis en plantaardige oliën (Omega 6). Die oliën zijn erg belangrijk voor de hond omdat hij daarmee vitamines kan opnemen. Vetten zijn in een goede voeding echter aanzienlijk minder vertegenwoordigd dan eiwitten en koolhydraten.

De tekst gaat verder onder de foto

Voeding voor de oude hond

Oudere honden – senioren dus – hebben baat bij voer van een hoge kwaliteit, dat licht verteerbaar is en weinig calorieën bevat. Ze bewegen immers minder dan jonge en volwassen soortgenoten en hebben dus een lagere energiebehoefte. Omdat oudere honden vaak minder drinken kan natvoer een uitkomst zijn voor hen. Alleen een goede, complete seniorenvoeding helpt je hond ook op leeftijd lekker fit en gezond te blijven.
Wanneer een hond als ‘senior’ bestempeld kan worden, hangt af van zijn grootte. Gemiddeld ligt die leeftijd rond het zevende levensjaar. Grote, zwaardere honden komen vanaf een leeftijd van ongeveer zes jaar in de seniorenfase. Voor middelgrote honden is dit vanaf zes tot negen jaar en voor kleine honden vanaf negen jaar.

 

Natvoer of droogvoer?

Of je nu natvoer of droogvoer aan je hond geeft: met een goed compleet voer krijgt je viervoeter alle benodigde voedingsstoffen binnen in de juiste hoeveelheid. Het is meestal een kwestie van persoonlijke voorkeur dat mensen hun honden natvoer of droogvoer geven.
Een punt om even bij stil te staan als je deze keuze maakt is de hoeveelheid energie die het voer bevat. Droogvoer bevat namelijk vrijwel geen vocht en is daarom sterker geconcentreerd en dus kun je met een relatief kleine hoeveelheid droogvoer al snel te veel voeren. Bij natvoer is het eiwitgehalte dan vaak weer relatief hoog, alsmede bij de BARF voedingsmethode (Biologisch verantwoord roodvlees).

De tekst gaat verder onder de foto

Barfen

BARF (Biologically Appropriate Raw Food) zit in de lift. Deze voedingsmethode houdt in dat je zelf het menu voor je hond samenstelt en bereidt, wat dus ook betekent dat er meer tijd en research in gaat zitten. Bij BARF is het uitgangspunt dat honden voornamelijk zoals wolven gevoerd kunnen worden. De viervoeter krijgt rauw vlees, groenten, fruit en granen gevoerd, en af en toe een bot. Om voldoende aanvoer van alle benodigde voedingsstoffen te verzekeren, moeten aan het voer daarnaast vaak bepaalde vetten, vitamines en mineralen toegevoegd worden.

In principe is er niets mis met barfen, als het maar op de juiste manier wordt gedaan. Dit vormt echter blijkbaar vaak nog een probleem, waardoor er fouten worden gemaakt die de gezondheid van de hond op de lange termijn niet ten goede komen. De meest gemaakt fouten bij barfen zijn het geven van te veel vlees, ongeschikte koolhydraten en verkeerde hoeveelheden microvoedingsstoffen.

 

Energiebehoefte

Wat heeft een hond nou nodig als we kijken naar de hoeveelheid voeding? Ook dit hangt af van zijn grootte/gewicht en leeftijd. Zo heeft een hond in de groei gemiddeld 25 gram voeding per kilo lichaamsgewicht nodig, en een volwassen hond slechts 10 gram per kilo lichaamsgewicht per dag. Ook moeten we kijken naar de activiteit van een hond: een viervoeter die elke dag meerdere uren actief is (sporten/werkhonden) heeft een grotere energiebehoefte dan een hond op leeftijd die dagelijks slechts enkele blokjes om wandelt.
Op de verpakking van het door jou gekozen voer vind je de hoeveelheid voeding die je hond dagelijks nodig heeft. Weeg het zorgvuldig af zodat je weet wat je dier krijgt en pas de hoeveelheid zo nodig aan als je merkt dat je hond te mager is of te snel aankomt.

De tekst gaat verder onder de foto

Overgewicht bij honden

Overgewicht bij honden is een groot probleem aan het worden. Veel honden zijn te dik en leveren daarom in op levenskwaliteit. Daarnaast is de kans dat ze gezondheidsproblemen ontwikkelen vele malen groter. Denk bijvoorbeeld aan gewrichts- en circulatieproblemen en suikerziekte.
Of jouw hond overgewicht heeft is vrij eenvoudig vast te stellen. De ribben, de ruggenwervels en de schouder- en bekkenbeenderen zijn moeilijk te voelen, zijn taille is niet zichtbaar en bij de ruggengraat en aan de staartbasis is een vetlaag zichtbaar.
Er zijn gelukkig zeer geschikte dieetvoedingen verkrijgbaar voor honden met overgewicht of zwaarlijvigheid. Wil je precies weten hoeveel je hond moet afvallen en óf je hond moet afvallen? Vraag dan advies aan de dierenarts of een voedingsdeskundige voor honden (meestal verbonden aan de kliniek). Ook voor een gericht dieet met een streefdoel en regelmatig controles is het bezoeken van de dierenarts absoluut een aanrader.

 

Hoe vaak voeren?

Hoe vaak moet je een hond voeren? Ook dit hangt weer af van voornamelijk leeftijd en grootte. Gangbaar is het om een pup tot drie maanden vier keer per dag te voeren, daarna tot een leeftijd van zes maanden drie keer dag en vanaf twaalf maanden twee keer per dag. Een volwassen hond kun je het beste twee keer per dag voeren.
Er zijn uitzonderingen op deze aanbevelingen, voornamelijk voor honden die spijsverteringsproblemen hebben en voor grote rassen, die een verhoogd risico lopen op een maagkanteling. Ook in deze gevallen is advies van een dierenarts raadzaam.

De tekst gaat verder onder de foto

Speciaalvoer

Voor honden die op leeftijd zijn en honden die een bepaalde aandoening hebben is er een breed scala aan speciaalvoer beschikbaar, zowel in de dierenspeciaalzaken als bij de dierenartsen. Zo is er voer voor senioren, honden met artrose, honden met overgewicht, honden met een nieraandoening en voor honden met een bepaalde voedselallergie. Laat je adviseren door een dierenarts voordat je overstapt op een speciaalvoer.

 

Bron: Hart voor Dieren Magazine