Af en toe lees je dat kinderen door honden worden gebeten. Het hoe en waarom blijft daarbij meestal achterwege en de hond trekt al snel aan het kortste eind. Negen van de tien keer is het echter niet de ‘schuld’ van de hond, en had het nare voorval voorkomen kunnen worden als de baasjes/ouders beter hadden opgelet en rekening hadden gehouden met een paar basisregels wat betreft de omgang van kinderen met honden.  Daarom delen wij deze basisregels hier, want voorkomen is beter dan genezen.

Moeilijk communiceren

Sommige hondenrassen staan bekend als kindvriendelijk, maar wist je dat kinderen een relatief groot risico lopen om juist door zo’n ‘kindervriend’ gebeten te worden? Dat gebeurt als kind en hond elkaar niet goed begrijpen. Wanneer het kind namelijk denkt dat zijn hond een knuffeldier is dat altijd kwispelend klaarstaat om geaaid te worden, waar hij bovenop mag gaan liggen en de baas over mag spelen, bestaat het risico dat de hond een keer van zich afbijt – begrijpelijk ook. In principe houden honden van kinderen, maar dat is volledig afhankelijk van hoe je je kind opvoedt en, in mindere mate, van hoe je je hond opvoedt.

Opvoeding en herkomst

Een goede opvoeding begint met kennis over het karakter en de herkomst van je hond. Het doel waarvoor je hond oorspronkelijk werd gefokt, zegt namelijk heel veel over zijn karakter. Bij honden die ooit werden gefokt om huis en haard te beschermen of de koeien in de wei, bestaat de kans dat ze sneller geneigd zijn te bijten dan honden die puur gefokt werden om mensen gezelschap te houden. Ook al zijn het allebei honden: het spreekt voor zich dat een waakhond een ander karakter heeft dan een schoothond. Maar zelfs die wetenschap geeft geen enkele garantie
voor het gedrag van een hond. Want ook schattige kleine hondjes kunnen bijten als de situatie daarom vraagt. Bovendien is elke hond een individu met individuele karaktertrekjes.

Hondentaal

Je moet niet alleen het karakter en de herkomst van je hond kennen, maar ook een en ander weten over de taal die hij spreekt. Honden kunnen niet zeggen ‘stop, hou op!’ als ze het zat zijn dat een kind aan hun staart trekt of boven op hen zit. Ze hebben andere manieren van communiceren en het is aan ons om die manier te leren lezen en juist te interpreteren. De meeste honden zullen een aantal keren waarschuwen als ze niet gediend zijn van hoe een kind met hen omgaat. Als ouder en opvoeder moet je dat niet alleen zien aankomen, maar zien te voorkomen. Kortom: leer je kind hoe het op een goede manier omgaat met honden en hou ze in de gaten als ze samen zijn. En ook heel belangrijk: laat kind en hond nooit alleen met elkaar, hoezeer je de hond ook vertrouwt. Houd altijd een oogje in het zeil.

Mooie combinatie

In principe zijn kinderen en honden een prachtige combinatie. Het kind groeit op met een beste vriend en leert verantwoordelijkheid te nemen en empathie voor anderen te voelen– en de hond krijgt veel aandacht en liefde. Veel kinderen vinden een hond geweldig, maar ze kunnen – ondanks hun goede bedoelingen– voor honden ook onvoorspelbaar en bedreigend zijn. Onverwachte bewegingen, geschreeuw, de hond lastigvallen als hij ligt te slapen, over de hond heen vallen… voor de viervoeter kan het voldoende reden zijn om zijn lip op te trekken, te grommen of zelfs te bijten. Het afpakken van een bot of speelgoed of trekspelletjes kan eveneens desastreuze gevolgen hebben. Het is daarom belangrijk dat je weet waar je bij de omgang tussen kinderen en honden op moet letten.

Aanvullende regels

In huis is de situatie heel anders dan buiten. Daar moet je rekening mee houden als ouder en als baasje. Belangrijk is dat een kind weet dat het de hond niet mag plagen en dat het dier geen speelgoed is, maar dat hij/zij het dier rustig en voorzichtig benadert en altijd met respect behandelt.

Basisregels voor thuis

1. De etensbak, waterbak en mand zijn alleen van de hond. Je kind mag hier niet aankomen en mag niet in de mand van de hond gaan zitten.
2. Leer je kind dat het nooit een etende of slapende hond mag storen.
3. Leer de hond dat hij niet mag bedelen als je kind iets te eten heeft.
4. Zorg ervoor dat je kind bij het knuffelen niet op of onder de hond gaat liggen. De hond omhelzen is ook niet gewenst.
5. Laat je kind niet liggend spelen op de grond als de hond erbij is.
6. Straf je kind niet waar de hond bij is en andersom.
7. Laat je kind niet alleen met de hond; zorg dat er altijd een volwassene bij is.
8. Pas op als je kind wil stoeien met vriendjes. De hond kan denken dat het kind – zijn roedelgenoot – bedreigd wordt en het willen verdedigen.
9. Leer je kind om er altijd een volwassene bij te roepen als de hond iets doet wat het niet leuk vindt.

Basisregels voor buiten

1. Laat je kind nooit met honden alleen.
2. Laat je kind een hond nooit recht in de ogen kijken.
3. Leer je kind om eerst toestemming te vragen voor het een vreemde hond aait.
4. Laat je kind de hond niet over zijn kop of rug aaien, maar op de borst, aan de zijkant van de hals of onder de kin. De hond omhelzen? Niet doen!                                                                                      5. Leer je kind om niet te rennen waar de hond bij is.
6. Je kind mag een hond geen commando’s geven.
7. Laat je kind geen trek- of stoeispelletjes met de hond doen.
8. Voorkom dat je kind de hond plaagt of (al dan niet per ongeluk) pijn doet (bijvoorbeeld door aan de haren, oren of staart te trekken).
9. Laat je hond niet tegen je kind op springen.
10. Leer je hond om niet achter kinderen aan te rennen.